Want Hij moet als Koning heersen

Want Hij moet als Koning heersen, totdat Hij alle machten aan Zijn voeten heeft onderworpen.

(1 Kor. 15:25)

 

In 1 Korinthe 15 bejubelt Paulus de overwinning op de machten en op de dood. Daar is Hij dus nog steeds mee bezig. De eindoverwinning van Christus is pas bij de wederkomst, maar de definitieve beslissing is gevallen op Paasmorgen.

Toen is de steen van het graf gewenteld en Jezus als de Levende kwam tevoorschijn. Sinds die tijd is Hij koning. Met hemelvaart besteeg Hij Zijn troon en daarna gaat het aan op de eindoverwinning. Paul ziet Gods grote Bevrijdingsdag naderen door het venster van het geloof en de hoop.

Wat een troost voor allen, die met Paulus een blik mogen werpen door het venster van de toekomst. Die hoop op de onverwelkelijke en onverderfelijke erfenis kan ons leed verzachten. We geloven niet wat we zien, maar wat we hopen. Een ongeziene hoop, maar wel een levende hoop door de opstanding van Jezus Christus uit de doden. Het Hoofd is boven en de leden zullen zeker volgen. Ja, ze gaan met vreugde de eindoverwinning tegemoet.

Want Hij moet als Koning heersen… Even een streepje onder het woordje ‘moeten’. Hij moet als koning heersen. Het moet! Dat staat er heel opvallend. Heel vaak lezen we dat in Bijbel. Vooral bij Lukas. De Zoon des Mensen moet veel lijden, Hij moet gekruisigd worden, Hij moet opstaan. De Emmaüsgangers zeggen: Moest de Christus niet al deze dingen lijden en alzo tot Zijn heerlijkheid ingaan?

Het moet! Dat is een Goddelijk moeten. Christus moet koning zijn ‘totdat’! Het moet. Niet als dwang of noodlot, maar als goddelijk welbehagen! Het moet volgens de belofte van de Vader, Die Hem als loon is toegezegd op Zijn middelaarsarbeid. Al de ontferming en bewogenheid van Gods hart klinkt in dit moeten mee. Zo moet het gaan, wil het goed komen met de schepping en tussen de heilige God en schuldige zondaren.

Hier ligt het antwoord op de vraag: Waarom zo en niet anders? Waarom geeft God die bevrijding van de mens en de schepping niet direct met Pasen of met Hemelvaart? Dat had toch gekund? Ja, maar dat heeft Hij niet gewild! Waarom duurt het zolang voordat het verborgen Koningschap van Christus pas openlijk aan het licht treedt? Waarom moet er zoveel tijd liggen tussen opstanding en wederkomst? Zoveel lijden en strijd, zoveel worstelen en wachten? Waarom kómt Hij nog niet? Het duurt zo lang!

Daar is maar één antwoord op: opdat u nog zou delen in die komende heerlijkheid. Stel dat Hij direct met Pasen de heerlijkheid had laten komen. De tussentijd tussen de opstanding van Christus als Eersteling op Pasen en die van de Zijnen op jongste dag is genadetijd! God zoekt ons behoud nog. Petrus schrijft: ‘De Heere is nog lankmoedig over ons, niet willende dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen.’

Christus heeft de teugels van het wereldgebeuren in Zijn handen. Dat zijn doorboorde handen. Hij regeert en heerst niet door de macht van het geweld, maar door de overmacht van Zijn genade. Hij wacht met de eindafrekening opdat vijanden nog zijn vrienden zullen worden, opdat tegenstanders zullen capituleren en zich aan Hem overgeven. We kunnen beter nu in schuldverslagenheid aan Jezus voeten terecht komen, dan in brute vijandschap straks onder Zijn voeten terecht komen.

Want Hij moet als koning heersen, totdat Hij al de vijanden onder Zijn voeten zal gelegd hebben. Laten we hier een streepje geven onder het woord vijanden! De door Paulus verkondigde werkelijkheid van Christus’ koningschap staat haaks op de zichtbare werkelijkheid van de vijanden en machten. Zijn Koningschap wordt van alle kanten aangevallen en bespot, belaagd en ontkend. Wat we horen is schimp en laster.

De duivel die onze ondergang op het oog heeft, heeft zoveel trawanten ter beschikking. En dan denken we aan misdaad en terreur, de uitmergeling van Gods schepping, New Age met zijn vriendelijke gezicht en demonisch raffinement, de geestelijke boosheden in de lucht. Denk aan de ether, aan allerlei radio- en TV programma’s waardoor dodelijk gif onze huizen en harten binnen komt. Niet in het minst ook door wat er allemaal te zien is op YouTube.

Wat een vijanden! Toch moeten we die vijanden niet te ver van huis zoeken. Zijn we zelf in onze onwil, ongeloof en egoïsme niet allemaal van nature vijanden van God en van Christus? Wat een weerstand, wat een goddeloze overmoed, onbuigzaamheid en verzet moet de vorst van Pasen in ons leven overwinnen, als Hij ons door de kracht van Woord en Geest onder Zijn genade-scepter wil brengen. Dan komt het wel openbaar dat we zelf liever koning willen blijven.

En toch… als Christus met de overmacht van Zijn genade ons leven binnenbreekt, gaan we voor Hem buigen. Als deze grote Koning voorspoedig rijdt op het Woord van Zijn waarheid en Zijn pijlen afschiet in de harten van ‘s konings vijanden, komen ze ten dode gewond aan Zijn voeten terecht.

Dan komen we op de knieën en smeken we Hem om de vrede. Ons harde hart breekt, ons trotse hoofd buigt. ‘Ik erken mijn schuld die U tot straf bewoog’. Dan komt er overgave. Kent u die overgave? Omdat Hij zo beminnelijk is. Hij gaf Zijn leven. Wat een hart-verbrekende liefde.

Bent u van vijand al een vriend geworden? Hebt u deze Kruiskoning leren liefhebben en volgen? Dan is Hij koning in uw leven. Niet alleen op zondag, ook op maandag en dinsdag. Op school, thuis, in je gezin, op je werk, in je vrije tijd en bij alle beslissingen die je neemt.

Voor Jezus capituleren betekent geen verlies maar winst. Eeuwige winst. Zulke verliezers worden meer dan overwinnaars, door Hem, Die hen liefgehad heeft. Dan mag je leven uit Zijn volbrachte werk.

Uit Zijn vergeving en vernieuwing. Onder Zijn kruisbanier. Je mag leven op Zijn kosten en staan onder Zijn bescherming. Je mag weten dat niets Hem uit hand loopt in deze verwarde en verworden wereld. En in je eigen gedeukte en gekneusde leven. Dan voeren de machten om ons heen misschien wel het hoogste woord, maar Hij heeft het laatste woord.

Is dat niet rijk? Waarom zou u niet in Hem geloven? Ik durf die Koning niet onder ogen te komen, zegt u misschien. Ik voel me zo schuldig, zo verloren! Hebt u daar dan geen spijt van? Hebt u nooit gehoord dat Hij werd overgeleverd om onze zonden? Naar de Schriften! Bij God is vergeving in Christus! Leg u eens neer aan Zijn voeten en smeek om de vrede. Waar staat in de Bijbel dat u niet in Hem mag geloven? Hij zoekt het verlorene.

Er komt een tijd dat Zijn vredesaanbod niet meer van kracht is. Zijn vertrapte, geweigerde en afgewezen liefde zal in de dag van Zijn toekomst omslaan in toorn. De Rechter van straks is nog de Redder van nu. Daarom heeft Christus direct na Zijn opstanding nog geen orde op zaken gesteld en alle vijanden vernietigd. De tijd tussen opstanding en wederkomst is genadetijd! Zolang heerst Hij als Koning, totdat Hij Zijn vijanden overwonnen heeft. Maar dan is het te laat om te buigen.

Op de oordeelsdag, zal alle knie zich voor Hem buigen. Alle tong zal Zijn Naam belijden. Dan zal Hij worden verheerlijkt, door vriend en vijand. Dan mogen al Gods kinderen Hem volmaakt verheerlijken. Dan zullen allen die Hem in dit leven lief kregen, roepen: ‘Leve de Koning’. Zult u daar aan meedoen? Wat zal dat heerlijk zijn! Ja, zo moet de koning eeuwig leven, bidt elk met diep ontzag.

 

Ds. C. G. Vreugdenhil