BLUST DEN GEEST NIET UIT
‘Blust den Geest niet uit.’ (1 Thessalonicenzen 5 : 19)
Gemeente, hoe blussen wij de Geest uit? We lezen in het volgende vers: Veracht de profetieën niet. Dat is het eerste antwoord op de vraag. De profetieën en de geschriften – daarin moet u zoeken. U moet zoeken om Jezus daarin te ontmoeten. Om Jezus te zien in al Zijn heerlijkheid, in heel Zijn werk, in Zijn Persoon. Alleen dan, als daarmee het vuur in uw hart wordt gevoed, als u de Heere Jezus meer en meer in uw hart ervaart, alleen dan gaat het vanbinnen branden. Daarom spreekt Paulus in elke brief zo veel over de Heere Jezus. Om iets te zien van Jezus, iets te proeven, te ervaren, moet u de Schriften niet verachten. Smeek juist om verlichte ogen van uw verstand, opdat u Hem meer en meer mag zien in de profetieën, in het Woord. Dat maakt uw hart brandend. Wij mogen het Woord niet verachten, maar moeten het doorzoeken. We moeten het bestuderen én erover mediteren. We moeten in dat Woord blijven zoeken, en zo zorgen voor nieuw hout op ons vuur. O, bidt dat predikers met de Heilige Geest vervuld mogen zijn, opdat we de heerlijkheid van de Heere Jezus en in Hem de openbaring van de Vader mogen uitstallen. Niets overtuigt ons méér van onze zonde dan het zien van de heerlijkheid en lieflijkheid van de Heere Jezus Christus. Veracht de profetieën niet. Zucht, zoek, bid, graaf, totdat u Hém mag zien. Wees pas tevreden totdat u Hém mag zien. Dat is het werk van de Heilige Geest. Blus Hem niet uit. Als u Hem uitblust, doet Hij niet meer waartoe Hij gezonden is. Waartoe is Hij gezonden? Om ons meer en meer de heerlijkheid van de Heere Jezus te laten zien. Dat verandert een mens. Dat geeft troost, dat geeft kracht, dat geeft sterkte. Dat geeft liefde, zelfs voor uw vijanden. Zie eens hoe Jezus in de opoffering van Zichzelf, Zijn vijanden heeft liefgehad! Hij is voor hen de vloekdood aan het kruis gestorven. Zó kunt u Jezus zien, als we geen uitgebluste Geest hebben. En dan wordt het toch ook mogelijk om uw vijanden lief te hebben.
Vuur kun je uitblussen door er water op te gooien. Nog beter is het om er een deken overheen te gooien. Het vuur verstikt omdat er geen zuurstof meer bij komt. In vers 21 en 22 van dit hoofdstuk staat: Beproeft alle dingen; behoudt het goede. Onthoudt u van allen schijn des kwaads. Dat is duidelijk, toch? We kunnen de Geest uitblussen door met allerlei dingen bezig te zijn die om ons heen gebeuren. Paulus zegt: Beproeft alle dingen. Paulus bedoelt daarmee: We moeten in gehoorzaamheid geoorloofde keuzes maken. Deze woorden betekenen niet dat we alles maar even moeten bekijken, en betasten of bezien. Kent u of jij die strijd ook? U voelt het in uw geweten: U ziet iets, u hoort iets en ineens komt de gedachte naar boven: Niet doen! Ja, wel doen, zegt het vlees. Wie zegt dat: Niet doen? Dat zegt de Geest Die in u woont, kinderen van God. De Geest woont in u, Hij is daar altijd. En Hij zegt: Niet doen. En als u het dan tóch doet, blust u de Geest uit op dat moment.
Er staat ook: Onthoudt u van alle schijn des kwaads. De duivel komt veel vaker in een mooi pak dan in zijn ware gedaante. Het is zo makkelijk om in het kwaad te vallen. We worstelen allemaal met het kwaad U en ik ook. Daarom is het zó belangrijk om naar de Geest te luisteren, de Geest Die in u woont en Die in u spreekt. Die met u meeloopt en zelfs met u mee zucht. Wees er zuinig op. Voorkom toch dat Hij uitgeblust wordt. Begin daarom iedere dag met geestelijke brandstof, in plaats van het aardse stof dat uitblust. Lees in de eerste plaats uw Bijbel. Geef uw eerste gedachte, het eerste begin van de dag, geef dat aan de Heere. Wees eens stil met Hem, een uur, een halfuur als je wat minder tijd hebt, maar laat er niets tussen komen. Laat de Geest, door het Woord, uw hart versterken voor de dag die komen gaat.
Paulus zegt: Maar indien gij door den Geest de werkingen van het lichaam doodt, zo zult gij leven. Mooi hè. De Geest geeft ons als het ware de richting en de waarschuwingen, en ook de kracht om de werkingen van het lichaam te doden. Maar wie moet die werkingen doden? U, jij, ik. Door de kracht van de Geest! Woont Hij in ons? Dan gaan we leven. Dan gaat het geestelijke leven bloeien, dan gaat het gloeien door het vuur van de Geest.
Ds. A.T. Vergunst