Bij het uitleggen wat wij geloven gaat het om de kernprincipes van het christendom. Deze kernprincipes zijn de meest wezenlijke elementen van het geloof die iedereen (kinderen, tieners en volwassenen) met heel zijn of haar hart moet geloven om getroost te leven en zalig te kunnen sterven. Het christelijk geloof is samen te vatten aan de hand van vijf kernprincipes:

1. De goede schepping
God heeft de wereld en ons mensen gemaakt. Bergen en bomen, bloemen, vissen, vogels, mensen en dieren, alles wat leeft en bestaat heeft God gemaakt. God is er altijd geweest. Hij schiep de hemel en de aarde. Alles was prachtig en goed! Er was geen zonde, geen ellende en vervuiling, geen verdriet en ruzie. Ook de dood was er niet. Het scheppingsverhaal kun je lezen in Genesis 1 en 2.

2. De zondeval
De mens heeft alles bedorven. De vijand van God, de duivel, maakte de eerste mensen wijs dat ze veel gelukkiger zouden zijn als ze niet naar God zouden luisteren. Adam en Eva geloofden die leugens. Ze werden ongehoorzaam aan God. Dat noemen we ‘zonde’. Op dat moment kwam het boze in hun hart. Verdriet en dood, haat en ruzie en al die droevige dingen kwamen hun leven en deze wereld binnen. Je merkt het in je eigen leven en je ziet het in de wereld om je heen.

3. De verlossing
God zorgde voor een oplossing. Hij is zo vol liefde dat Hij een weg bedacht heeft, waardoor weggelopen mensen weer bij Hem terug kunnen keren. Hij heeft aan de eerste mensen beloofd dat Hij een Verlosser zou sturen. Tweeduizend jaar geleden is Hij gekomen. God stuurde Zijn eigen Zoon, de Heere Jezus, uit de hemel naar de aarde. Hij werd geboren in Bethlehem (Kerstfeest). Jezus deed nooit iets verkeerd. Hij had geen zonde. Daarom verdiende Hij ook echt geen straf. Maar Hij wilde gestraft worden in plaats van alle mensen die in Hem geloven. Onschuldig is Hij ter dood gebracht, aan een kruis gespijkerd, buiten Jeruzalem (Goede Vrijdag). Iedereen die in de Heere Jezus gelooft, zal niet verloren gaan, maar eeuwig leven. Wat een liefde van God! Gelukkig bleef Jezus niet dood. Nadat Hij drie dagen in het graf had gelegen, stond Hij op (Pasen). Nu leeft Hij bij Zijn Vader in de hemel. Daar is Hij na Zijn opstanding heengegaan (Hemelvaartsdag). Hij ziet ons en Hij hoort ons als we iets tegen Hem zeggen of aan Hem vragen in het gebed. Op aarde werkt God nu door de Heilige Geest. Na Jezus’ hemelvaart is de Heilige Geest uitgestort in Jeruzalem (naar de aarde gekomen) (Pinksteren). Vanaf die tijd heeft de Heilige Geest een nieuw werkterrein gekregen: niet alleen onder Israel maar in heel de wereld werkt de Geest. Zo breidt het Koninkrijk van God zich uit tot aan de wederkomst.

4. Wij kunnen God kennen
De God Die mensen liefheeft, kunnen we leren kennen. Hij vertelt ons Wie Hij is. Dat doet Hij in de Bijbel. Daarom is het goed om vaak uit de Bijbel te lezen. De Heilige Geest wil ons leren om te geloven in de Verlosser, Jezus Christus. Wat een liefde komt er dan in ons hart, als we geloven mogen dat Hij voor al onze zonden aan het kruis wilde sterven.

5. De toekomstverwachting van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde
Alles wordt nieuw! Zo groot is Gods liefde, dat Hij eens alles nieuw gaat maken. Hij komt dan terug naar deze aarde. Alle mensen zullen opstaan uit de dood en voor Hem staan. Tegen mensen die op Hem vertrouwden, zal Hij zeggen: “Komt u maar bij Mij. U mag altijd in Mijn hemelse heerlijkheid zijn.” Daar is geen verdriet meer, geen haat en geen bedrog, geen zonde en geen ziekte. Daar is alleen maar vrede, liefde en blijdschap. Maar er zullen ook andere mensen voor God staan. Mensen, die niet in God en in de liefde van de Heere Jezus hebben geloofd, die hun eigen gang zijn gegaan, los van de Heere God. Tegen hen zal Hij zeggen: “Ga weg van Mij. U heeft nooit gewild dat Ik Koning over u zou zijn. Ga maar weg in de buitenste duisternis.” Dat is de hel. Wat zal dat diep verdrietig zijn. Maar zover is het nu nog niet. U kunt nog een kind van God worden. In de Bijbel staat: Zoekt de Heere en leeft!”